adopt, don’t shop

Adopt, don’t shop, ik wil jullie daar graag wat over vertellen.

Veel mensen staan niet open voor adoptie van een kat (of hond) want “je weet niet wat je in huis haalt qua karakter” of “maar zo’n kitten / puppy is zoooo leuk” of …

Er zijn tal van (niet altijd gegronde) redenen die worden aangehaald om toch maar niet te kiezen voor een kat (of hond) uit een asiel, maar om een kitten of puppy te kopen bij een kweker.

Ik hoop met dit verhaal van onze 2 geadopteerde katten aan te tonen hoeveel voldoening adoptie kan geven.

Ik geef het wel toe, het is niet altijd evident. Zelfs voor mij, crazy cat lady met dik 20 jaar ervaring, bleek het dat niet. Toch niet als je katten adopteert met een zwaar verleden van verwaarlozing en mishandeling.

Toen ik in augustus 2017 afscheid moest nemen van mijn Frisky (waarover je hier meer kan lezen) bleek al snel dat ik niet om kon met de stilte, de leegte die ze achterliet. Ook mijn man had het er moeilijk mee. We besloten dan ook al snel om 2 katten te adopteren, om terug leven in huis te brengen, om terug de unieke vriendschap van een dier te ervaren. En zo zou Frisky haar dood toch nog enige positieve gevolgen hebben.

We kozen dus zeer bewust voor volwassen katten, die meestal veel minder kansen krijgen dan schattige, gekke, speelse kittens. We contacteerden 2 opvangcentra in de buurt die ons via via aanbevolen waren en lieten hen weten wat we zochten. Ons “eisenpakket” ? Bij voorkeur 2 katten die elkaar gewend waren én konden verdragen (kwestie van geen oorlogszone van ons huis te maken), geen kittens en het belangrijkste van alles, katten die gewend waren aan een leven binnenshuis. We wonen immers aan een zeer drukke baan waar het absoluut niet veilig is voor katten. Geslacht, kleur, leeftijd, … het maakte verder allemaal niets uit.

We dachten dat de kans tamelijk klein was dat er snel 2 zulke katten zouden zijn, maar dan waren ze toch al op de hoogte. We waren dan ook verrast dat we, nog geen uur nadat we beide opvangcentra een bericht hadden gestuurd, al reactie kregen van één van hen. Ze hadden 2 katten bij een opvanggezin die dringend een thuis zochten. Na wat over en weer berichtjes sturen via Facebook, kregen we 2 wazige foto’s te zien en kwamen we te weten dat het ging om een kater en kattin die samen waren opgegroeid in slechte omstandigheden. Ze hadden opgesloten gezeten op een appartement samen met 15 (!) andere katten. Ze waren grotendeels aan hun lot overgelaten en genegeerd door hun baasje, want “katten trekken toch hun plan”. Sterilisatie / castratie was dus al zeker niet aan de orde. De nestjes stapelden zich op en werden al jaren bij de opvang gedropt. Tot deze het nu welletjes vonden en alle katten er weghaalden.

Een naam hadden ze niet, hun leeftijd bleek niet echt gekend. Eerst 6 jaar oud, dan weer 2 jaar oud. Ze waren wel schuw en wat angstig (bleek achteraf het understatement van het jaar) maar het was niet echt geweten of ze mishandeld werden. Er was een vermoeden van wel maar er was geen zekerheid. Vriendschap en liefde hadden ze in ieder geval nooit echt gehad. Ik kreeg het al moeilijk …

Het besluit om te gaan kijken bij het opvanggezin was al snel genomen ! Nog dezelfde middag stonden we bij hen aan de deur. Ik zei nog tegen mijn man dat hij de stem van het verstand zou moeten zijn, want een zielig dierenverhaal is genoeg voor mij om onbezonnen, ondoordachte beslissingen te nemen.

We troffen de kater weggedoken in het huisje onderaan een krabpaal, een krabpaal die dan nog in een donkere, groezelige, rommelige gang stond. Ik zag een wit met zwart / bruin kopje, ogen vol schrik, een angstig ineengedoken kattenlijf.

De kattin zat apart opgesloten in een kamer. Of beter gezegd, rommelkot met een oude zetel en vuile matras tegen de muur. Hier zat ze achter verstopt van schrik. Het enige dat we zagen, was een wit / rosse flits van een overduidelijk doodsbange kat.

Ik kon niet goed vatten wat ik had gezien. Ik wist niet of het wel een goed idee zou zijn om zo’n bange katten te adopteren, of dat wel goed zou komen, of wij voor hen wel de beste oplossing waren. Want hier hadden we geen ervaring mee … Ik sprak dat ook hardop uit …

Het opvanggezin deed zijn best, hun “verkooptechniek” stond op punt. Het waren eigenlijk geen bange katten, ze hadden gewoon even tijd nodig bij mensen die ze niet kenden, herhaalden ze een aantal keren vol overtuiging.

Ik vertelde dan op mijn beurt waarom we katten wilden adopteren, over hoe graag ik dieren zie, over hoe moeilijk ik om kan met dierenleed. Zelfs een blinde zou bij wijze van spreken gezien hebben dat ik gewoon een enorme softie ben op het vlak van dieren ! En tot op de dag van vandaag ben ik er van overtuigd dat ze hier toch wel wat misbruik van hebben gemaakt, dat ze goed genoeg aanvoelden dat een beetje aandringen en de zaken mooier voorstellen dan ze waren genoeg zou zijn om mij, om ons, ja te doen zeggen.

Om ons ja te doen zeggen tegen 2 katten die niet gewoon “even wat tijd nodig hebben”, zoals zou blijken. Katten die ze tot dan toe niet hadden kunnen plaatsen want wil niet iedereen liever een kat die naar je toe komt, die je écht hebt gezien ?

We spraken af om later dat weekend iets te laten weten. Ik zat echter met moeite in de auto en ik hoorde al “voor mij is’t goed” zeggen naast mij. De stem van het verstand, degene die mij met mijn voetjes op de grond moest houden, was verkocht. Het verhaal over hun eerdere leven, de situatie waar ze nu in zaten, het was allemaal om te triester. Dus ondanks het feit dat we eigenlijk van beide katten niet echt wisten hoe ze eruit zagen, hoe hun karakter was, ondanks het feit dat we geen idee hadden hoe we dit gingen aanpakken, besloten we om er voor te gaan.

De opvang was blij (natuurlijk), er werd afgesproken dat ze anderhalve week later naar ons thuis zouden gebracht worden, waardoor we zo’n 2, 3 weken na Frisky haar dood terug katten in huis zouden hebben. Ik had gemengde gevoelens. Enerzijds ging het snel, té snel, het was precies of ze was onmiddellijk vervangbaar zoals één of ander wegwerpartikel, alsof ik haar niet enorm miste. Anderzijds was ik blij dat we 2 katten met weinig toekomst tot nu toe toch nog een kans gaven, dat er terug leven in huis zou zijn. Wist ik toen veel dat dat pas weken, maanden later écht het geval zou zijn, dat leven in huis …

We kozen namen voor hen, Matou voor de kater, Manon voor de kattin. Na jaren zonder naam mocht het wel mooi en een beetje specialer klinken. Matou en Manon, of M & M zoals ze nu ook wel gekend staan bij vrienden (en fans ;-)) .

Alle kattenmateriaal werd terug boven gehaald, kattenbakken, krabpaal, speeltjes, etensbakjes, …

We waren vastbesloten om hen te tonen dat er wel mensen zijn die het goed voorhebben met dieren, die hun dieren in de watten leggen.

De dag dat ze naar ons zouden komen, was ik enorm zenuwachtig. Toen ze er eindelijk waren, kon het allemaal niet snel genoeg gaan. Snel, snel mandjes binnenbrengen en gauw beide katten eruit laten. Wat er toen echter volgde, dat had ik nog nooit gezien. Beide katten kropen op hun buik, doodsbenauwd, volledig in paniek rond, op zoek naar een donkere schuilplaats. Nu kan je zeggen, een nieuwe thuis is even moeilijk voor elke kat, maar dit ging veel verder. Als ik zeg “doodsbenauwd” dan druk ik me nog zacht uit ! Ik had dat nog nooit gezien, katten die zo bang waren. Degene die hen had gebracht stond er bij, keek er naar … en was weg ! Geen advies, geen tips, niks …

De dag erna had ik vakantie genomen zodat ik een lang weekend had om de katten aan hun nieuwe thuis, hun nieuwe mensen te laten wennen. Ja, ik weet het, enorm naïef dat ik nog altijd dacht dat het op enkele dagen wel in orde ging zijn.

Weken, maanden zou het duren vooraleer we enigszins normale katten in huis hadden.

De angst bleek heel diep te zitten, ze deden niets anders dan zich verstoppen. De eerste 2 weken was een holle ruimte onderaan een kast, verstopt achter een plint hun toevluchtsoord. Hiervoor moesten ze door een onooglijk kleine opening kruipen, waarvan ik niet eens begreep hoe ze erdoor geraakten, ook al waren ze mager. Liepen ze toch eens rond en kwamen ze toevallig één van ons tegen, dan volgde er een enorme paniekreactie. Manon is zo in de derde week bij ons van de trap gevallen, omdat ze schrok toen ze mij tegenkwam. Ze viel van helemaal bovenaan, het zag er angstaanjagend uit, mijn hart stond stil. Gelukkig had ze niets.

Daarna werd de zetel beneden hun ideale verstopplaats. Een verbetering zou je kunnen zeggen, dan zaten ze toch al een soort van bij ons. Ze hadden een gat gekrabd in de stof onder aan de zetel en kropen zo weg in de zetel, dus onder de kussens. Matou heeft zelfs ooit zijn plasje daar gedaan, omdat hij niet naar de kattenbak durfde te lopen omdat ik in de zetel zat. Zo gingen er weken voorbij, met katten die we amper zagen. Hun eten werd opgegeten eens we uit de buurt waren en ’s nachts waren ze actief.

Dat we na een dikke week bij ons met hen naar de dierenarts moesten voor een inspuiting, verbeterde de situatie niet. Hen vangen, het opsluiten in de kattenmandjes zorgde al voor enorm veel stress en angst (bij hen én bij ons). Het feit dat we dan nog bij een dierenarts terecht kwamen die haar eigen (agressieve) katten en een hond laat rondlopen in haar (ook al niet al te propere) praktijk maakte het helemaal af. We kwamen terug met de meest angstige katten ooit, getraumatiseerd (nog meer) doordat ze waren aangevallen door één van de katten die er rondliepen. We hebben dit gemeld aan de kattenopvang (het was hun dierenarts), dat dit absoluut niet kon maar kregen weinig reactie.

Bovendien bleek toen ook nog dat Manon allemaal rotte tandjes had ! Dit zorgde er voor dat ze in huis plaste van de pijn (ergens nog een “geluk” dat ze dit deed, zo wisten we toch nog ergens dat er katten in huis waren). Ze is dan kort daarop door onze dierenarts geopereerd (no way dat ik haar ooit nog de stress zou aandoen van de andere dierenarts). Ze is nu al haar tanden kwijt, geen enkele kon nog gered worden. Ze moet al zeer lang met enorme pijn hebben rondgelopen. Ik heb haar tandjes toen gezien, het zag er verschrikkelijk uit en de stank was niet te doen. Mijn hart brak, ik vond het zo erg voor haar.

Hiervoor hebben we natuurlijk klacht ingediend bij de opvang, ze worden immers verondersteld om gezonde katten mee te geven, die een volledige check-up hebben gehad. Hun antwoord … “tja, dat kan je ook tegenkomen als je een kat haalt bij een particulier, dus dit is niet ons probleem”. Ik kan jullie wel vertellen, die vlieger is niet opgegaan ! Uiteindelijk, na de nodige discussie, hebben ze de kosten van de operatie terugbetaald.

Dat was ook het laatste dat we van hen gehoord hebben. Nooit is er enige aandacht geweest voor hun situatie bij ons, of wel alles goed was gekomen, of ze zich hadden kunnen aanpassen aan hun nieuwe leven … Het was duidelijk, zij waren van hun probleemgevallen af, het was nu andermans probleem. In ieder geval, als iemand mij nu vraagt naar een goede kattenopvang, hun naam is niet wat dan in mijn hoofd opkomt ! Ik overdrijf daar misschien in volgens sommigen maar als ik als opvang zo’n katten zou plaatsen dan zou ik willen weten of ze goed zijn terechtgekomen.

Maar goed, weken, maanden gingen voorbij, wij wisten amper dat er katten in huis waren, zij hadden enorme schrik van ons en reageerden op de minste beweging in paniek. Het werd algauw duidelijk dat ze ook fysiek mishandeld waren, hun reacties op bepaalde handelingen spraken boekdelen. Deze katten hadden afgezien, er was meer gebeurd dan enkel verwaarlozing op het gebied van vriendschap.

Ik moet het toegeven, ik heb ooit eens op het punt gestaan het op te geven. Ik had nog enorm veel verdriet door de dood van Frisky, ik had dat absoluut nog niet verwerkt. Er waren dagen dat ik het hiermee zeer moeilijk had en ik er de problemen met Manon en Matou niet meer bij kon hebben. Op een gegeven moment, na een moeilijke dag, heb ik nog geroepen dat als er een bepaalde kattengekke vriendin aan de deur had gestaan op dat moment, om hen mee te nemen naar haar rustig gelegen huis met grote tuin en vele verstopplekken, ik hen had meegegeven. Ik raakte er immers van overtuigd dat wij niet de juiste oplossing waren voor hen, dat wij hen niet konden bieden wat ze nodig hadden. We wonen niet groot, de mogelijkheden om elkaar te ontlopen waren erg beperkt en ik had geen flauw idee hoe ik de hele situatie moest aanpakken. Ik heb nog uit pure wanhoop zitten huilen en vloeken. Zelfs mijn man was verbaasd over mijn reactie toen, dat ik hen zou hebben weggegeven ! Ik, de grote kattengek !

Dit is geen moment waar ik trots op ben maar ik wilde het toch vertellen, om aan te tonen hoe diep we allemaal gezeten hebben, hoe moeilijk zowel mensen als katten het gehad hebben.

Toch nam ik het altijd voor hen op. Als mensen zeiden om hen terug naar de opvang te brengen, ging ik daar tegenin, werd ik wel wat kwaad. Ik wist dat ik daarmee hun doodvonnis zou tekenen. Nog eens opnieuw een andere omgeving, andere mensen zou hen helemaal de dieperik in duwen. Daarbij, wie zou er hen dan nog willen adopteren ?

Nee, ik dwong mezelf om dan maar blij te zijn met het feit dat we 2 sukkeltjes uit een waardeloos leven hadden gehaald en hen een veilig, rustig thuis hadden gegeven. Ik probeerde mezelf wijs te maken dat ik niet meer nodig had dan dat te weten. Natuurlijk was dat niet zo, ik wilde terug katten in huis, die leven brengen, die vriendschap geven, die knuffelen.

Ik riep de hulp in van mensen met kennis van zaken, ik las boeken, in de hoop trucjes te leren die konden helpen. Zo zat ik een hele tijd in de buurt van hun verstopplaatsen luidop te lezen, zodat ze mijn stem leerden kennen. Ik bleef steeds langer in de buurt zitten nadat ik hun eten had gebracht in plaats van direct weg te gaan, …

Weinig leek echter te helpen, ze bleven angstig, we zagen hen met moeite.

En dan, opeens, kwam de kentering. Ik weet het nog zeer goed. Ik kwam thuis van het werk, na een moeilijke dag waarin ik veel aan Frisky had gedacht. Ik had het lastig en toen er bij thuiskomst weeral eens letterlijk geen kat te zien was, begon ik te huilen. Ik bleef even op de rand van de zetel zitten en toen, plots, voelde ik heel voorzichtig een kattenkop tegen mijn hand wrijven. Matou stond naast mij ! Aarzelend, voorzichtig, met gespannen lijf, klaar om te gaan lopen maar hij stond naast mij én er was echt contact. Geloof me, ik was zo enorm blij, dat kan je je niet voorstellen !

Natuurlijk liep niet alles vlot vanaf dan, ze waren nog steeds angstig maar zeer zachtjes aan zagen we vorderingen. Ze kwamen al eens een minuutje bij ons in de zetel zitten (ook al mochten wij dan niet bewegen of ze waren weg), ze lagen al eens rustig rond te kijken (van onder de zetel maar wel zichtbaar voor ons), …

We werden er ons terug van bewust dat er katten in huis waren, er was al eens kans om kort, en zeer voorzichtig, een zacht lijfje te strelen.

Stilletjes aan zijn we dan geëvolueerd naar wat nu 2 enorm lieve, aanhankelijke katten zijn. Manon is helemaal weg van Stefan, Matou is een beetje verliefd op mij denk ik ;-). De aanbidding in hun oogjes doet me smelten.

Naar andere mensen toe blijft Manon angstig, de meeste mensen krijgen haar nooit te zien (behalve op foto). Matou is net iets dapperder, hij zal gemakkelijker blijven liggen in de zetel als er iemand binnenkomt. En soms, heel soms, zijn ze ook naar ons toe nog een beetje angstig. Een net iets te bruut gebaar, een net iets te luide stem, het is genoeg om schrik in hun ogen te zien verschijnen en hen te zien wegspurten. Waarschijnlijk zal dit nooit helemaal verdwijnen. Op zo’n momenten word ik me ervan bewust dat er waarschijnlijk zeer veel erge zaken zijn uit hun verleden waar we ons niet van bewust zijn. En om eerlijk te zijn, ik wil die ook niet kennen. Wetende wat voor schatten het zijn, kan ik er helemaal met mijn verstand niet bij dat iemand hen kwaad kan doen.

Ik hoop hen nog lang bij ons te hebben, want hen moeten afstaan, nee daar mag ik niet aan denken …

Het is moeilijk geweest, enorm moeilijk, maar ik zou het zo opnieuw doen. Het geeft zo veel voldoening, een angstig dier zo te zien openbloeien, hun vertrouwen te winnen. Daar kan geen enkele kitten tegenop !

Natuurlijk is niet elke kat die je kan adopteren in zo’n slechte toestand. Een vriendin heeft ook een geadopteerde kat van een paar jaar oud, wiens baasje naar een home moest. Dat was van in het begin een lief, sociaal dier, alleen gewoon geen kitten meer.

Als je veel geduld hebt en een groot hart voor dieren, doe het dan. Geef een sukkeltje met een (al dan niet stevige) rugzak een kans, geef hem / haar nog een goed leven vol vriendschap, liefde en warmte.

Wij hadden een happy end, wat jullie natuurlijk al lang doorhadden aan de hand van de foto’s tussen de teksten ;-). Ik zou het super vinden dat er nog katten zo’n happy end krijgen.

Deel dit verhaal gerust met mensen die twijfelen. Al komt er maar 1 adoptie uit verder, 1 is nog altijd beter dan geen.

Of deel je eigen verhaal in de commentaren, ik vind het altijd leuk om vergelijkbare verhalen te horen.

Groetjes en pootjes,

Peggy en Manon & Matou

2 gedachten over “adopt, don’t shop

  1. Ik ben zo blij dat je toen doorgezet hebt en de moed vond om hen toch te houden. Zie naar de foto’s en dan zie je hoe gelukkig ze nu zijn. Angstig zijn is niet erg, als je ermee om kan gaan. Ik wens jullie nog vele jaartjes samen♥️🐾

    1. Ik ben ook héél blij dat we hebben doorgezet, de vriendschap en liefde die we van hen krijgen is met niets te vergelijken. En ik hoop ook op nog vele jaren samen !

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.